Persbericht

Stop de desinformatie: de koopkracht is gestegen!

Volgens een studie van de KU Leuven die deze ochtend werd gepubliceerd zou de koopkracht van de gepensioneerden amper zijn gestegen tijdens deze legislatuur. Die van de personen met een laag pensioen zou zelfs zijn gedaald.

De Minister van Pensioenen, Daniel Bacquelaine, wil hierover duidelijkheid scheppen: “Deze studie is volledig in strijd met alle analyses en alle cijfers waarover wij beschikken.”

De minimumpensioenen werden zes keer verhoogd gedurende deze legislatuur: het maandelijks minimumpensioen voor een alleenstaande werknemermet een volledige loopbaan zal met 143,03 € zijn gestegen tussen oktober 2014 en juli 2019 (tegenover een toename van 57,01 € onder de Regering Di Rupo).

Gedurende dezelfde periode zal het maandelijks minimumpensioen voor een alleenstaande zelfstandige met een volledige loopbaan zijn gestegen met 205,43 € (tegenover een toename van 53,84 onder de Regering Di Rupo).

De Inkomensgarantie voor ouderen (IGO), dat een minimuminkomen garandeert aan alle gepensioneerden, werd eveneens sterk verhoogd gedurende deze legislatuur.

Tijdens deze legislatuur is het maandelijks basisbedrag van de IGO gestegen met 73,35 € (tegenover 38,93 € onder de Regering Di Rupo) en is het verhoogde basisbedrag gestegen met 110,02 € (tegenover 58,40€ onder de Regering Di Rupo).

Zoals aangegeven door de Studiecommissie voor de vergrijzing en het Federaal Planbureau, laten deze herwaarderingen voortaan toe aan alle begunstigden van een minimumpensioen als alleenstaande met een volledige loopbaan, en met inbegrip van de zelfstandigen, om te genieten van een inkomen dat boven de armoedegrens ligt.

Er dient te worden opgemerkt dat dankzij deze herwaarderingen en andere maatregelen zoals de herwaardering van het vakantiegeld, het gemiddeld pensioen is gestegen tussen 2014 en 2018 met 8,4% van de mannen en met 19,6 % voor de vrouwen in het stelsel van de werknemers en met 6,6 % voor de mannen en met 29,5 % voor de vrouwen in het stelsel van de zelfstandigen.

Het werk beter belonen

Wat de koopkracht betreft van de actieve bevolking bevestigt de KUL het feit dat de wil van de Regering om het werk beter te belonen werd geconcretiseerd.

De studie verduidelijkt dat “de werknemers in grote mate hebben geprofiteerd van de belastingverlaging dankzij de taks shift”.

Gemiddeld genieten zij van een stijging van de koopkracht van 4,4 % gedurende de volledige legislatuur. De werknemers met een laag loon genieten van een hogere stijging (+7%) dan die die een gemiddeld inkomen genieten (+4,4%) of die met een hoger inkomen (+2,3 %).

De werkzoekenden van korte duur hebben hun koopkracht eveneens zien stijgen (+4,5%) volgens deze studie van de KUL.

Minister van Pensioenen, Daniel BACQUELAINE:

‘Men moet stoppen met om het even wat te verkondigen. De werkelijke cijfers geven duidelijk aan dat de pensioenen aanzienlijk zijn gestegen tijdens deze legislatuur en meer bepaald de laagste pensioenen. Deze werkelijkheid werd trouwens bevestigd door de Studiecommissie voor de vergrijzing en het Federaal Planbureau. ‘

Minister van Begroting, Sophie WILMES:

‘In het algemeen bevestigt deze studie dat alle werkenden genoten hebben van de effecten van het beleid van de federale regering. Zoals aangekondigd, hebben onze hervormingen een werkelijke en positieve impact gehad voor alle werkenden, en meer bepaald, op het nettosalaris van de werkenden met een laag inkomen. Op die manier wordt ook het werken aangemoedigd.’